Afgelopen nacht was het weer raak. Het standbeeld van Leopold II werd voor de zoveelste keer met rode verf besmeurd. Het valt wel mee, dacht ik, toen ik het standbeeld op de Zeedijk passeerde. Maar toen had ik de achterkant nog niet gezien.
Urenlang was een schoonmaakploeg in touw om de rode smurrie met water en chemische oplosmiddelen te verwijderen. ‘De Stoete Ostendenoare’, die ook verantwoordelijk zijn voor het afzagen van de hand van een van de Congolezen, zijn verantwoordelijk voor de actie. Zij eisen dat het beeld verdwijnt. Ik luister naar de omstanders die de schoonmakers gadeslaan. De aanleiding voor de actie laat hen koud, zij klagen over de kosten, die zij als belastingbetaler gepresenteerd krijgen.
De burgemeester van Oostende veroordeelt de actie en de politie speurt naar de daders. Tweeduizend kilometer verderop herhaalt zich de geschiedenis, alleen zijn daar nog geen standbeelden voor opgericht.