Steeds als ik bezoek kreeg in De Wolkerstuin wilden mensen weten of het huisje nog authentieke elementen bevatte. Ik draaide er een beetje omheen. Ik herhaalde wat Wim me had verteld. Wim wordt de Tuin Paus genoemd, hij heeft al een tuin op Amstelglorie sinds 1953. Hij heeft Jan Wolkers nog gekend, hij kwam regelmatig bij hem over de vloer. Zo wist hij ook dat de vloer en het plafond blauw moesten zijn, en in de slaap/schrijfkamer de vloer zwart. Ook de spiegels op de scheidingswand en de deur naar de keuken waren in de tijd van Wolkers aanwezig. Maar authentiek… ‘Het is net als met de tuin,’ vertelde Wim. ‘Ook die is niet precies zoals Wolkers hem had aangelegd. Het is een tuin in de geest van Wolkers.’
Ik heb er lang naar gezocht. De foto’s aan de muur, van Karina met een bussel groot hoefblad en van het huisje en de tuin, zijn weliswaar in Wolkers’ tijd gemaakt, maar overduidelijk recente printjes. De jeugdfoto van Johnny Weissmüller lijkt me ook te groot om authentiek te zijn.
Maar plotseling zie ik het staan. Het stond notabene dagenlang pal voor mijn neus, maar ik keek er steeds overheen: een pennenbakje. Volgens mij gesneden uit een stuk tropisch hardhout. Jan was naast schrijver beeldhouwer, dus hij heeft dit ding hoogstwaarschijnlijk in een verloren uurtje gefabriceerd. Het is nogal slordig gedaan, vind ik, met rafelige randen en het is slecht afgewerkt, maar je kan er een pen in leggen en daar draait het tenslotte om, bij pennenbakjes.
Tijdens mijn verblijf werd ik verblijd met een bezoek van een interviewer. Hij stelde de meest gestelde vraag: ‘Is er nog iets authentieks in het huisje?’
‘Ja,’ zei ik, ‘dit pennenbakje heeft Jan volgens mij zelf uitgesneden uit een stuk tropisch hardhout.’ Hij knikte geïmponeerd. Op hetzelfde moment zag ik waar het vandaan kwam, waar het thuishoorde, dat pennenbakje. De rechterarmleuning van de bureaustoel miste het houten steuntje dat de linker wel heeft. Mijn rechterarm leunde tijdens het schrijven al dagenlang op een kille buis, ik was eraan gewend geraakt.
Ik legde het stuk hout erop, het paste precies. In een ander bakje, een modern plastic bakje, vond ik twee schroeven en met een schaartje draaide ik het pennenbakje vast aan de leuning.
Beste bezoekers, beste schrijvers na mij, in het huisje is niets authentiek.
Hoewel… dat witte tafeltje, sommige objecten in de kast… Het doet er ook niet zoveel toe. Ik klamp me vast aan Wims woorden. Het huisje is ingericht in de geest van Jan Wolkers. Dat moet voldoende zijn.
Gert-Jan van den Bemd, 20 augustus-3 september 2022